Art. 2 van het Jachtdecreet stelt het volgende:

“De jachtdaad is de handeling waarbij wild gedood of gevangen wordt, alsmede de handeling waarbij dat wild met dat doel opgespoord en achtervolgt wordt. In dit decreet wordt het woord jagen gebruikt in de betekenis van het stellen van een jachtdaad”.

 Er zijn vier categorieën wild (artikel 3 van het Jachtdecreet):

  • Grof wild
  • Klein wild
  • Waterwild
  • Overig wild